• Wanneer 09 juli 2017 t/m 15 oktober 2017 (Europe/Amsterdam / UTC200)
  • Agenda-item aan agenda toevoegen iCal

Op 4 april 1845 stapt de dan 22-jarige Willem Boekhoudt (1822-1894) aan boord van het fregatschip Catharina om naar Suriname te zeilen. Hij vestigt zich daar als ‘Evangelie dienaar’ voor zowel de Hervormde gemeente als de Lutherse gemeente in Paramaribo. Toen in 1847 de predikant van de Hervormde gemeente ziek werd en naar Curaçao ging om te herstellen, trad Boekhoudt een jaar lang in zijn plaats.

Maar zoals Boekhoudt zelf schrijft, was er voor en na die tijd niet altijd genoeg werk en had hij tijd om de binnenlanden van Suriname te verkennen. Boekhoudt observeert en beschrijft. Ook komt hij op zijn tocht nazaten van Groningers tegen, de boeroes. Mensen die vol optimisme naar Suriname waren getrokken om daar moerassen te ontginnen en zich in de landbouw te bekwamen. Van hun optimisme was tijdens het bezoek van Boekhoudt weinig meer terug te vinden. Volgens de dominee konden ze “alleen nog maar bidden, in de hoop dat alle ellende snel voorbij zou gaan”. De dood zat hen op de hielen.

Het Surinaamse klimaat bleek niets voor deze Groningers. In 1849 wordt Boekhoudt in Scheemda aangesteld als predikant, maar zijn Surinaamse avontuur laat hem niet los. Als ‘Suriname-expert’ is hij in de wintermaanden in de Groninger Veenkoloniën een graag geziene gast bij lezingen voor de zeemanscolleges en bij de Nut-verenigingen. Velen vragen hem om zijn verhalen op schrift vast te leggen, maar het komt er niet van. Pas in 1873 begint hij te schrijven en in 1874 verschijnt zijn publicatie bij Van der Veen te Winschoten. Vreemd genoeg adviseert hij bij de inleiding de Groningers om naar Suriname te gaan. Door de afschaffing van de slavernij is er immers werk genoeg. Wie moerassen kan ontginnen kan zo aan de slag. Blijkbaar was hij het lot van de boeroes uit het oog verloren.

Rudi Pinas is geboren in het Marrondorp Moitaki in Suriname. Marrons zijn nakomelingen van mensen, die gekozen hadden om in vrijheid te leven boven de mensonterende slavernij op de plantages. Op jonge leeftijd begint hij met het beschilderen van pagaaien (peddels). Zijn huidige werken zijn geïnspireerd op de Surinaamse kunstvorm Tembe van de Surinaamse Marrons. Tembe is een overkoepelende naam voor schilderkunst en houtsnijwerk

Begin jaren zeventig verhuist Rudi Pinas, zonder enige kennis van lezen en schrijven naar Paramaribo wonen. Hier gaat hij op 11-jarige leeftijd voor het eerst naar de lagere school. Deze doorliep hij in vier jaar en daarna de mulo. In 1979 vertrekt Pinas naar Nederland. In 1992 studeerde ik af aan de Rijksuniversiteit Utrecht bij de vakgroep Klinische psychologie en Gezondheidspsychologie.

In de opvoeding binnen de Marroncultuur word je bijgebracht dat kunst belangrijk is en dat je later in het leven in staat moet zijn om een of andere vorm van kunst te kunnen beoefenen. Voor de Marons is kunst mooi en inspirerend of het nu om muziek of beeldende kunst gaat. De kunst van de Marrons wordt omschreven als Tembe. Tembe is ontstaan uit Afrikaanse kunstvormen die de gevluchte negerslaven overdroegen op nazaten. Het omvat veel abstracte symbolen, die liefdesuitingen, uitdagingen en bevestigingen van het leven uitdrukken. Cirkels en doorlopende lijnen vormen vaste patronen.  Het hele proces van uittekenen van de patronen, schilderen en branden is in zekere zin een vorm van therapie. Rudi Pinas probeert de verbinding te maken tussen psychologie en kunst door kunst op te vatten als een cognitieve activiteit. In die activiteit zijn vervat enthousiasme, verlangen, seksuele geheimen, pijn en verdriet, vreugde en lachen.

Kenmerkend is dat de kijker met de patronen kan 'spelen' en veel variaties in de figuren kan waarnemen. Het centrale thema is de verbinding. De verbindingen tussen menen en tussen groepen. Rudi Pinas werkt voornamelijk met houten panelen, aluminium, koper; cement en lakverf. Ik schilder; brand en combineer deze twee. Pinas wil in de toekomst kunst combineren met ecotoerisme in Zuid-Suriname. Daarvoor wordt eco lodge Isakon opgericht. Isakon wil een plek zijn waar kunstenaars in de natuur in alle rust aan kunstprojecten kunnen deelnemen. Geen massatoerisme, maar een toerisme waar ook de plaatselijke bevolking iets aan heeft.